Kort historisch overzicht
De experts, hoewel niet unaniem, zijn van mening dat de Greyhound zijn oorsprong zou kunnen hebben in het Midden-Oosten. Er zijn tekeningen gevonden van honden van het Greyhound-type op muren in oude Egyptische graven, die dateren uit 4000 voor Christus.
Hoewel honden van dit type zich in de loop der jaren door Europa hebben verspreid, is het in Groot-Brittannië waar ze volgens een standaard werden ontwikkeld. Het prototype van de zogenaamde windhonden, of gazehounds, de Greyhound is bij veel mensen bekend. De coursinghound, die op levende hazen jaagt, is waaruit de racende Greyhound is ontwikkeld, alleen de cheetah staat bovenaan de Greyhound wat betreft snelheid. Eén racende Greyhound is geklokt op ruim 45 km/u.
Algemene Verschijning
Sterk gebouwd, fier, van flinke afmetingen, spierkracht en symmetrisch van vorm, met lang hoofd en hals, welgevormde goed geplaatste schouders, diepe borstkas, ruim lichaam, licht gewelfde lendenen, krachtige voor– en achterhand, stevige goed gevormde benen en voeten en soepele ledematen, die in sterke mate zijn kenmerkend type en kwaliteit. benadrukken.
Gedrag / Temperament
Bezit opmerkelijke kracht en uithoudingsvermogen. Intelligent, vriendelijk, aanhankelijk en evenwichtig karakter.
Hoofd
Lang, matig breed.
Schedelgedeelte
Schedel: Vlak
Stop: Licht
Aangezichtsgedeelte
Snuit: Kaken krachtig en goed besneden.
Kaken / Tanden: kaken sterk, met goed perfect, regelmatig en compleet schaargebit, d.w.z. de bovensnijtanden sluiten nauw over de ondersnijtanden en zijn rechtstandig in de kaken geplaatst.
Ogen: Helder, intelligent, ovaal en schuin geplaatst. Bij voorkeur donker.
Oren: Klein, roosvormig [rozenoor], fijn van structuur.
Hals: Lang en gespierd, sierlijk gebogen, goed overgaand in de schouders.
Lichaam
Rug: Tamelijk lang, breed en recht.
Lendenen: Krachtig, licht gewelfd.
Borstkas: Diep en ruim, zodat er voldoende plaats voor het hart is. Ribben diep, goed naar achteren doorlopend, goed ontspringend.
Flanken: Goed opgetrokken.
Staart
Lang, tamelijk laag aangezet, sterk bij de aanzet, dun uitlopend naar de punt, laag gedragen, licht gebogen.
Ledematen
Voorhand
Voorbenen lang en recht, bot van goede stevigheid en kwaliteit. Ellebogen, middenvoet en tenen noch naar binnen noch naar buiten draaiend.
Schouders: Schuin, goed naar achteren geplaatst, gespierd zonder beladen te zijn, de toppen dicht bij elkaar en scherp afgetekend.
Ellebogen: Vrij en goed onder de schouders geplaatst.
Middenvoeten: Matig lang, iets schuin naar voren gesteld.
Achterhand
Lichaam en achterhand zijn van ruime afmetingen en goed met elkaar verbonden, teneinde in stand voldoende grond te kunnen beslaan.
Dijen / tweede dijen: Breed en gespierd, grote voortstuwende kracht tonend.
Knieën: Goed gehoekt.
Hakken: Goed laag geplaatst, noch naar binnen noch naar buiten draaiend.
Voeten: Matig lang, met compacte, goed gebogen tenen en sterke voetzolen.
Gangwerk / Beweging
Recht, laag uitgrijpend, vrij grote stappen nemend, die hem in staat stellen veel grond te beslaan bij grote snelheid.
Achterbenen komen goed onder het lichaam, aldus grote stuwkracht gevend.
Vacht
Fijn en dicht.
Kleur: Zwart, wit, rood, blauw, reekleurig, vaalrood, gestroomd of elk van deze kleuren gebroken met wit.
Fouten
Elke afwijking van de voorgaande punten moet als een fout worden aangemerkt, en de beoordeling van de ernst van de fout moet in exacte verhouding staan tot de mate daarvan, en het effect op de gezondheid en welzijn van de hond.